Van wildernis of natuur spreekt men als er sprake is van een toestand die niet of minimaal beïnvloed is door menselijke activiteit. Hierin stemt de omschrijving van wildernis overeen met een veel gebruikte definitie van natuur: alles wat zichzelf ordent en handhaaft, al of niet beïnvloed door menselijk handelen, maar niet volgens menselijke doelstellingen. Wildernis omvat de levende en de niet-levende natuur.

Gebieden met wildernis, wildernisgebieden zijn dus 'oorspronkelijk' en 'ongestoord' van karakter. In zulke gebieden zijn de samenstelling, de structuur en andere kwaliteiten van bodem, water en lucht niet door mensen veranderd en zijn menselijke ingrepen zoals ontwatering, percelering en ontsluiting geheel of grotendeels afwezig:

er is geen bebouwingen infrastructuur, zoals (spoor)wegen of (hoogspannings-)leidingen.

De oorspronkelijke vegetatie en fauna zijn er nog aanwezig en natuurlijke processen zoals overstromingen hebben vrij spel. In West-Europa zijn dergelijke gebieden van grotere afmeting vrijwel afwezig, omdat bijna alle gebieden in cultuur zijn genomen. De betekenis van het begrip wildernis is echter niet eenduidig.

Degenen die streven naar veel wildernis, worden gezien als aanhangers van de wildernisnatuurvisie.
































In Noord-Holland zijn honderden waardevolle natuurgebieden, landschappen en wateren, waarvan er 19 door de EU worden beschermd. Ze variëren van bos, heide, duinen, veenweide en polders tot water, zoals de Waddenzee en het IJsselmeer. Binnen deze provinciale ‘groenstructuur’ verbindt de provincie natuurgebieden, creëert en verwerft ze nieuwe gebieden en beschermt de provincie gebieden, dieren en planten tegen ongewenste ruimtelijke ontwikkelingen. De provincie geeft subsidie voor het beheer van de gebieden. Bovendien wil de provincie natuurgebieden toegankelijk maken voor publiek en de recreatiemogelijkheden versterken. Dit zorgt voor meer verscheidenheid van dieren en planten ('biodiversiteit')